dinsdag 22 februari 2011

Het kwintet van Floortje Zwigtman

Vijf boeken die mij als schrijver hebben gevormd. En mij blijven vormen.


My family and other animals – Gerald Durrell
Dit was het eerste boek dat niet speciaal voor kinderen bedoeld was, dat ik als 12-jarige las. Het is een van de boeken die ik ook als volwassene nog steeds graag herlees en daarom misschien een vroeg voorbeeld van (onbedoelde) cross-overliteratuur. Durrells beschrijving van zijn jeugd op een, toen nog niet door toeristen ontdekt, Grieks eiland is een onweerstaanbare combinatie van poëzie en vriendelijk absurdisme. Niemand kan zo mooi schrijven over olijfbomen, knoestig als oude mannen, en verlaten baaien met water zo helder dat het lijkt of de vissen boven de zeebodem zweven, als Durrell. Maar de show wordt gestolen door zijn excentrieke familie en hun zo mogelijk nog vreemdere entourage: vage, onverstoorbare Moeder, de bulderende taxichauffeur Spiro, de Belgische consul die vanuit zijn raam op zwerfkatten schiet… En bovenal sarcastische broer Larry die met zijn bloemrijke tirades de kiem legde voor mijn liefde voor de talige humor van Wilde, Saki, John Cleese en Blackadder.

Wuthering heights – Emily Brontë
Na de romantiek van Jane Eyre was de enige roman van Charlotte Brontë’s jongere zus even wennen. Emily Brontë’s stijl is zeer sober voor de 19e eeuw, zakelijk, afstandelijk bijna, maar daarom juist zo geschikt om een liefdesgeschiedenis te beschrijven die zo gepassioneerd is dat deze in de handen van een minder begaafd auteur in een melodrama zou veranderen. Het verhaal van de liefde tussen Cathy en haar pleegbroer Heathcliff, onsterfelijk in het hiernamaals maar onmogelijk in deze wereld, wordt verteld door de nuchtere huishoudster Nell, met een eerlijkheid die voor veel Victorianen niet te verteren viel. Cathy en Heatcliff zijn echte mensen, vasthoudend maar ook wreed in de liefde, waardoor Wuthering Heights een van de eerste psychologische romans was die ook de duisterste kant van de mens durfde te belichten.

Junk – Melvin Burgess
Burgess’ portret van jonge heroïnejunks in het Bristol van begin jaren ’80 was een verademing na alle sympathieke, o zo politiek correcte jongeren uit de jeugdboeken van Beckmann en Terlouw. Burgess probeert zijn leespubliek niet op te voeden door het goede voorbeeld te geven, maar daagt het door zijn provocaties uit tot nadenken. (Zo laat hij in deze roman een van zijn personages vrolijk verklaren: ‘Me and Sal, we’ve got this amazing job at the massage parlour.’) Ik was zelf al volwassen en stond aan het begin van mijn schrijfcarrière toen ik deze jeugdroman las en dacht: zó kan het dus ook. Boeken voor jongeren hoeven niet ‘veilig’ te zijn. Dat voelde enorm bevrijdend: ik hoefde mijn lezers niet op te voeden, ik mocht hen de wereld laten zien zoals die werkelijk was.

London The Biography – Peter Ackroyd
‘Ackroyds gift is to write history in the idiom of a poet’ schreef de Daily Telegraph over Ackroyds stadsbiografieën. En inderdaad, niemand weet genius loci te vangen in zulke fraaie taal als hij. De biografieën die Ackroyd over Londen en Venetië schreef, zullen de historicus misschien te anekdotisch en te subjectief zijn, maar wie de ziel van een stad wil leren kennen, kan geen betere gids vinden dan hij. In thematische hoofdstukken voert Ackroyd je in zijn Londen biografie langs de straten en pleinen, de geuren en kleuren, de dromen en spoken van Engelands hoofdstad en doet dat zo beeldend dat de stad niet langer een opstapeling van dode stenen is, maar een levend, ademend organisme met zijn eigen karaker en verleden, hoop en vrees.  

The little stranger – Sarah Waters
Sarah Waters leerde ik pas kennen toen een kennis van mij na verschijning van Schijnbewegingen tegen me zei: ‘Jouw boeken doen me zo aan die van haar denken.’ Ik bevond me toen in de luxe positie dat er drie romans van haar hand op me lagen te wachten en ik heb ze achter elkaar uitgelezen. Sarah Waters is een van de beste literaire verhalenvertellers van dit moment en hoewel ze voorlopig nog de eeuwige genomineerde is, is het slechts een kwestie van tijd voor ze ook daadwerkelijk een grote literaire prijs zal winnen. Kenmerkend voor Waters is haar lef om belegen romangegevens fris, nieuw leven in te blazen. Dat deed ze in Fingersmith met het gegeven van de gestolen identiteit en nu doet ze het weer, met een ouderwets spookverhaal, dat in Waters’ handen een intelligent spel met de verwachtingen van de lezer wordt, die op de laatste bladzijde moet constateren dat hij zijn interpretatie van de gebeurtenissen geheel moet herzien en het boek tot zijn vreugde, met een nieuw inzicht, nog eens kan lezen. 


Spiegeljongen van De Fontein is nu verkrijgbaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten