maandag 8 december 2014

Het Kwintet van Ben Fergusson

It goes without saying that me selecting my five favourite or most influential books is going to be a shifting affair the list would look very different next year; it would probably be slightly different tomorrow. The criteria for the books below are either that, like the Yates, they would have to be on any list I wrote and come with my feverish recommendation. Others, such as Tolstoy or Mansfield are loved, but also directly influenced the way I write, so are influentialin the truest sense of the word.

I am not someone who tends to read all or even many books by the same author. With so many books to be read, I often feel that once Ive read a Roth, a Carr, or a Diaz, that Ive done my duty by that writer and can move on to the next. However, nearly all the below books are by authors whose complete works I have devoured. In that sense, they are all jumping off points and invitations to read more.

Richard Yates, Cold Spring Harbour

I could pick any of Richard Yatess books his short stories are incredible. The Easter Parade was the most recent of his that I read, and is completely devastating. Cold Spring Harbour follows Evan Shepards entanglement with the Drake family and is full of nostalgia, incredible dialogue and heartbreaking characters. Funnily enough, I never find the experience of reading his books miserable. He pulls of the trick of making them sad, but so true that the experience is somehow rewarding and life-affirming.

Katharine Mansfield, The Complete Stories

I could recommend specific collections, but Mansfield died so young (even her last words were poetry — “I love the rain. I want the feeling of it on my face.) and her work is so consistently good, that you may as well just buy the lot. I almost never cry at books, but her story The Dolls Housenever fails to floor me in the last line. Her story Blissis the piece of writing that made me realise what kind of writer I wanted to be, when we were given it to read at university. It is so perfectly done.

John Steinback, Cannery Row

This is a brilliant, joyful book about nothing at all. Steinbeck had an incredible ability to shift between styles and lengths. In The Pearl the story is all fable-like plot. In Cannery Row you have nothing but character. Its such a gentle portrait of what are some pretty sad figures, in many ways, but again leaves you feeling hopeful and like youve read something trueabout life.

Leo Tolstoy, Anna Karenina

Anna Karenina is simply a lesson in how to write. He gives you a complete sense of a society at a certain time, and if youre a historical writer, he is the best guide to how to make this work. His psychological insights into all of his characters are incredibly striking, but also the way he moves you through a party, brings you along on the duck hunt, places you in the train carriage. It is a book that cant be overrated.

Truman Capote, In Cold Blood

This is simply one of my favourite books. Its exciting and thrilling and so cleverly put together. The scene at the end when Perry Smith describes the murders again is completely chilling, despite the fact that we already know what happened and what the series of events was. Masterfully done and, as mentioned above, should lead you onto every other book he ever wrote.

De Lente van Kasper Meier (The Spring of Kasper Meier) van uitgeverij The House of Books is nu verkrijgbaar

maandag 1 december 2014

Het Kwintet van Laura Mijnders

Als het iets is dat naar mijn mening revoluties in het hoofd veroorzaakt zijn het wel boeken. Het fijne van boeken – in tegenstelling tot conversaties met mensen - vind ik dat je ze kunt wegleggen, erover kunt nadenken. Je kunt een fragment herlezen, en een eerder gevormde mening bijstellen. Het ligt vast op papier, zweeft niet weg, zoals dat bij conversaties gaat. Nu ben ik sociaal soms wat onhandig, boeken zijn veilig voor mij, ze vallen binnen mijn comfort zone. Ik kan er in verdwijnen. Onzichtbaar worden. Tegelijkertijd inspireren boeken mij juist om erop uit te gaan, fantasieën na te jagen. Boeken verbinden mensen met elkaar.

Ik vond het moeilijk om tot vijf boeken te komen, daar er zoveel boeken zijn die mij aan het denken hebben gezet, danwel indruk hebben gemaakt. Ik heb een beroep gedaan op het leven tot nu toe. Welke boeken hebben mij beïnvloed door de jaren heen, welke boeken hebben mij gevormd, geraakt of riepen weerstand bij mij op? Weerstand komt bij mij vaak voort uit het feit dat je geraakt wordt door iets dat beklijft, achtervolgt. Een voorbeeld van een boek dat enorm veel weerstand bij mij oproept, maar wat mij tegelijkertijd gevormd heeft en niet loslaat, is de Bijbel.

Mijn familie is gelovig. Ze gaan naar de kerk en worstelen soms met het geloof – zoals dat gaat -. Zo werd ook ik naar een christelijke school gestuurd en geacht elke zondag mee te gaan naar de kerk. Nu ik ouder word en de Bijbel herlees, realiseer ik mij dat de Bijbel geen 'moeten' is, maar vrij te interpreteren valt. Er staan enkele verhalen in die mij tot denken aan kunnen zetten. Het verhaal van Simson bijvoorbeeld, over wraakzucht en macht.

Een tweede boek uit mijn jeugd dat niet in dit lijstje kan en mag ontbreken is Floddertje van Annie M.G. Schmidt. Floddertje heeft goede bedoelingen die het merendeel van de tijd onhandig uitpakken. Floddertje deed mij denken aan mijzelf en nog steeds, ook mijn goede bedoelingen pakken niet altijd handig uit. Mijn fijnste herinneringen aan dit boek gaan terug naar toen ik een jaar of vijf was. Mijn moeder las mijn broer en mij voor terwijl wij op het stapelbed tot in den treuren konden luisteren naar alle avonturen die Floddertje overkwamen. Elke avond weer.

Mijn lievelingsboek is Boven is het stil van Gerbrand Bakker. Ik was op zoek naar een boek voor mijn vader, toen ik dit boek tegenkwam. De kaft met daarop enkele koeien, drong zich meteen aan mij op. Uiteindelijk heb ik het boek geleend toen mijn vader het uit had. Ik heb hem vijf keer gelezen, nog verveeld het boek mij niet. De eenvoud en de stilte tussen de woorden door grijpt mij steeds opnieuw.

Het boek dat ik het vaakst heb moeten wegleggen was het boek van David Pelzer, de complete trilogie: 'Ik was niemand', 'Ik heb geen thuis' en 'Ik had geen naam'. Het is een autobiografisch boek waarin Pelzer beschrijft hoe hij vanaf zijn vierde levensjaar ernstig wordt mishandelt. Toch geeft hij nooit op, hij knokt zich een weg door alle ellende heen en verwezenlijkt ten slotte zijn droom, wordt piloot en verzameld een liefhebbende familie om zich heen. Ik ben gek op autobiografieën, het leren over en van andere, voor mij onbekende mensen.

Een vijfde en laatste boek dat mij gegrepen heeft is Vergeef me, van Wally Lamb. Het boek beschrijft het leven van tweelingbroers Dominick en Thomas. Thomas kampt met schizofrenie. Na een voorval in de bibliotheek waarbij hij zijn rechterhand afhakt, wordt Thomas opgenomen in een gesloten psychiatrische inrichting. Dominick is verwikkelt in een tweestrijd, enerzijds houdt hij van zijn broer, anderzijds heeft hij zijn hele leven geprobeerd los te komen van Thomas en zijn beperkingen. Uiteindelijk probeert Dominick zijn broer te bevrijden uit de inrichting, waarbij hij zijn eigen leven verwaarloost. De wijze waarop het verhaal verteld wordt, de verschillende verhaallijnen die uiteindelijk een vormen, maken dat dat je het boek amper kunt wegleggen, steeds wilt weten hoe het verder gaat. Ik houd daarvan. Een boek moet je bij de kladden grijpen, door elkaar schudden. Dat doet dit boek meer dan eens.

Nachtschade van uitgeverij Voetnoot is nu verkrijgbaar. 

maandag 10 november 2014

Het Kwintet van Eva van Esch

Lijstjes. Soms maak ik die om orde in de chaos te scheppen. Meestal is het onbegonnen werk, zo ook deze top vijf. Als dode vissen komen de mogelijkheden bovendrijven. Kijk daar, Anna Karenina en Lolita, verderop de dagboeken van Virginia Woolf – begrijp me niet verkeerd, de personages zijn levensecht, maar soms zinkt er een, een ander drijft weg, het oppervlak is veranderlijk. Dit keer zal ik niet uitweiden over schrijvers die mij van mijn sokken blazen, ik houd het klein en noem vijf titels van boeken waar ik telkens weer zin (veel zin) van krijg om te gaan schrijven. De fragmenten hebben een context nodig, ik weet het, maar daar is nu even geen ruimte voor. Ze gaan over ritme, over een toon, over de juiste balans tussen huilen en lachen, ach, ze gaan over zoveel. Ik kan erover vertellen, maar liever laat ik de personages zelf aan het woord.

Lydia Davis, Bezoek aan haar man, titel verhaal: De sok.

Mijn man is nu met een andere vrouw getrouwd, kleiner dan ik, ongeveer een tweeënvijftig, stevig gebouwd, en natuurlijk oogt hij langer dan vroeger en smaller, en zijn hoofd oogt kleiner. Naast haar voel ik me knokig en lomp en ze is te klein voor mij om haar recht aan te kunnen kijken, al probeer ik altijd in de juiste hoek te gaan staan of zitten om dat te doen. Ik had ooit een helder beeld van het soort vrouw waarmee hij moest trouwen als hij weer zou gaan trouwen, maar geen van zijn vriendinnen was helemaal wat ik op het oog had en deze wel het minst van allemaal.

Bret Easton Ellis, De informanten, titel verhaal: De roltrap naar boven

‘Ja, ik ben ‘t.’ Mijn moeder klinkt eenzaam, geïrriteerd. ‘Was je ergens heen? Ik heb eerder al gebeld.’
‘Ja,’ zucht ik. ‘Boodschappen doen.’
‘O.’ Stilte. ‘Waarvoor?’
‘Nou ja, voor… honden,’ zeg ik en dan: ‘Boodschappen doen,’ en dan: ‘voor honden,’ en dan: ‘Hoe voel je je?’
‘Hoe denk je?’
Ik zucht en ga achterover op bed liggen. ‘Ik weet ’t niet. Hetzelfde?’ en dan, na een minuut, zeg ik: ‘Niet huilen. Alsjeblieft, niet huilen.’
‘Het is allemaal zo zinloos,’ zegt ze, ‘ik zie dokter Scott nog steeds elke dag en dan heb je de therapie en hij blijft maar zeggen: “Het gaat vooruit, het gaat vooruit,” en ik vraag maar steeds: “Wàt gaat vooruit, wàt gaat vooruit?” en dan…’ Mijn moeder valt stil, buiten adem.

Yasmina Reza, Gelukkig de gelukkigen, titel verhaal: Vincent Zawada

Terwijl ze in de Tollere Leman-kliniek op haar bestraling zit te wachten neemt mijn moeder elke patiënt in de wachtruimte aandachtig op en zegt met nauwelijks ingehouden stem: pruik, pruik, niet zeker, geen pruik, geen pruik… Mama, mama, niet zo hard, zeg ik, iedereen kan je horen. Wat zeg je? Je praat binnensmonds, ik versta er niets van, zegt mijn moeder.

Bukowski, Vrouwen

(perspectief Hank)
Terug in L.A., na onze week in Catalina, zaten we op een avond bij mij thuis, wat ongewoon was. Het was ’s avonds laat. We lagen op mijn bed, naakt, toen de telefoon ging in de kamer ernaast.
            Het was Lydia.
            ‘Hank?’
            ‘Ja?’
            ‘Waar heb je gezeten?’
            ‘Catalina.’
            ‘Met haar?’
            ‘Ja.’
            ‘Luister, nadat je me van haar verteld had was ik razend. Ik heb een verhouding gehad. Met een homoseksueel. Het was vreselijk.’
            ‘Ik heb je gemist, Lydia.’
            ‘Ik wil terugkomen naar L.A.’
            ‘Dat zou fijn zijn.’
            ‘Als ik terugkom, zul je haar dan opgeven?’
            ‘Ze is een goeie vrouw, maar als je terugkomt zal ik haar opgeven.’

A.M. Homes, Wat je moet weten, titel verhaal: Rustig blijven, graag

‘Dag lieverd, ik ben weer thuis,’ zegt ze.
Ik houd mijn adem in.
‘Ik weet dat je er bent, je aktetas staat in het halletje. Waar ben je?’
Ik geef nog geen antwoord.
‘Lieverd?’
Ik zit aan de keukentafel.
‘Vandaag is het zover,’ zeg ik tegen haar.
‘Wat is er anders vandaag?’ vraagt ze.
‘Niets. Er is niets anders aan vandaag – dat is het ’m nou juist. Ik voel me vandaag hetzelfde als gisteren en eergisteren. Het is onverdraaglijk. Vandaag,’ herhaal ik.
‘Niet vandaag,’ zegt ze. 

Als Ik de Liefde Niet Heb van uitgeverij Atlas Contact is nu verkrijgbaar.



dinsdag 14 oktober 2014

Het Kwintet van Thomas Heerma van Voss

Naar weinig is mij de afgelopen jaren zo regelmatig gevraagd als naar de inhoud van mijn boekenkast. Vreemd, want veel bijzonders heb ik daar bij mijn weten niet over te zeggen en bovendien lijkt één opmerking over de eigen boekenkast me voor jaren voldoende: een boekenkast is immers niet iets wat, zoals bijvoorbeeld een voetbalteam, voortdurend van samenstelling verandert. En toch, veelvuldig werd mij weer die vraag gesteld: wat staat er in je boekenkast? Kun je je vijf favoriete titels aanwijzen? Vaak heb ik de afgelopen jaren niet op podia gezeten, maar als ik op een podium zat, ging het vaker dan me lief is over de inhoud van mijn boekenkast. Er kwamen zelfs cameraploegen langs om hem vast te leggen, er heeft in de krant een uitgebreid stuk gestaan over de boekenkast van Thomas Heerma van Voss, en steeds noemde ik weer dezelfde titels als favorieten, dezelfde auteurs als meest inspirerende voorbeelden - en achteraf dacht ik altijd: waarom doe ik hier nog aan mee? Wil men niet iets anders weten?
            U vraagt: waarom lever je dan een bijdrage aan deze serie? Beleefdheid, lafheid, die twee zijn soms lastig te onderscheiden.
            Anders dan gevraagd, en anders dan al zo regelmatig tevoren, zal ik hier geen toplijst geven van de boeken die me het meest aan het hart gaan (voor zover zo'n toplijst te maken valt). Ik noem eenvoudigweg een kwintet boeken die recent indruk op mij maakten, en die ik elders nog niet genoemd heb.

- Giorgio Bassani - De gouden bril (1958)
Bassani's verhalen spelen zich altijd af tijdens een specifieke periode in de (Italiaanse) geschiedenis, meestal voor of  tijdens de Tweede Wereldoorlog. En toch voelt zijn werk nooit gedateerd aan. Jaren geleden maakte ik al kennis met de geweldige roman De tuin van de Finzi-Contini's, afgelopen zomer werd ik door een vreemd toeval opnieuw op zijn werk geattendeerd: binnen het tijdsbestek van vierentwintig uur gaven zowel mijn oma als twee dierbare vrienden, een samenwonend stel uit Utrecht, me een boek van Bassani cadeau. Ik las meteen De gouden bril, over de homoseksuele oor-neus-keelarts dr. Fadigati, en al Bassani's kwaliteiten komen in deze kleine roman naar voren: het werk is komisch, spannend, op een niet aanstellerige manier gedetailleerd, en bovenal geschreven in een prachtige, meeslepende stijl.

- Jannie Regnerus - Het lam (2013)
Tot iemand mij dit boek leende, had ik nog nooit van Jannie Regnerus gehoord. Het is een auteur die volgens mij zelden verschijnt bij literaire festivals, voorleesavonden of leesclubs, wat voor haar pleit. Vermoedelijk besteedt ze haar tijd nuttiger: door te schrijven. Het Lam is een kleine, fijne roman. Centraal staan de moeder en haar piepjonge zoon, die kanker krijgt en noodgedwongen steeds meer tijd in het ziekenhuis moet doorbrengen - te jong om precies te begrijpen wat er gebeurt, oud genoeg om te weten dat het iets ernstigs is. Regnerus gebruikt een strakke compositie, een scherpzinnige stijl en een meeslepend verhaal om dit tot een van de betere Nederlandse boeken te maken die ik recent las. Ontroerend bovendien, zonder dat het ergens sentimenteel aanvoelt.

- Raymond Carver - Cathedral (1983)
Een van de beste verzamelingen korte verhalen die ik ken. Cathedral is geschreven in een eenvoudige, bijzonder effectieve taal, die je vanaf de openingszinnen meesleept en niet meer loslaat. De bundel wordt ook niet bevolkt door speciale personages: geen toekomstige presidenten, geen wereldvernieuwers. Nee, het gaat om een man die met zijn ex een gemeubileerd huisje huurt; een alcoholist die verslag doet vanuit een ontnuchteringoord; een moeder van een overleden kind die steeds wordt gebeld door een taartenbakker. Telkens blijft onduidelijk of wat ze meemaken nou een omslagpunt in hun leven vormt of dat het een moment is zoals ze er al tientallen hebben meegemaakt. Dat laat Carver, na een vaak vrij expliciete opening van zijn verhalen, open voor suggestie - en weinig korteverhalenschrijvers kunnen zo overtuigend als hij. (Voor De Correspondent schreef ik een uitgebreid stuk over deze bundel.)

J.M.A. Biesheuvel - In de bovenkooi (1972)
Weinigen beheersen de kunst van het korte verhaal zo goed als Biesheuvel. Zijn taal is precies, licht archaïsch wellicht, maar nooit pompeus; zijn toon is openhartig zonder dat die ergens sentimenteel wordt. In de bovenkooi staat vol met ontroerende, kleine vertellingen die soms haast de impact hebben van een hele roman. De personages zijn cynisch, veelal in zichzelf gekeerd en vechtend tegen somberte. Maar tegelijkertijd is deze bundel juist ook bijzonder humoristisch - en dat is misschien wel de grootste kwaliteit van Biesheuvel. In de bovenkooi deed bij mij wat alleen echt overtuigende boeken kunnen: ze laten me anders naar de werkelijkheid kijken. Vooral op zee zijn Biesheuvels scheepvaartverhalen nooit ver weg.

- Vladimir Nabokov - The real life of Sebastian Knight (1941)

Van veel auteurs die als 'meesterlijk' of in elk geval 'klassiek' bekend staan, vind ik het werk niet om door te komen. Om een of andere reden vermoedde ik ook lang dat dat voor Nabokov zou gelden: jarenlang stelde ik zijn werk uit, tot mijn redacteur Erik de Bruin maandenlang wapperde met een uitgave van Lolita, die ik volgens hem beslist moest lezen. Dat deed ik, het boek beviel, en sindsdien heb ik me gestort op Nabokovs verzameld werk, waar ik The real life of Sebastian Knight tegenkwam. In deze roman probeert de verteller na de dood van zijn schrijvende halfbroer diens levensverhaal te reconstrueren, maar stuit op allerlei dubbelzinnige gegevens, waarmee zich niet een traditionele, kordaat interpreterende biografie laat componeren. Een gelaagd, grappig, origineel en indringend boek. In alleen de eerste alinea zit al meer spanning en originaliteit dan in veel volledige romans.

De Derde Persoon van uitgeverij Thomas Rap is nu verkrijgbaar

zaterdag 4 oktober 2014

Het Kwintet van David Hair

I grew up in smalltown and rural New Zealand, in what we call a 'pakeha' family - that's European/white, generally of British extract, living alongside the native Maori. The media/culture we received was part-British, part-American, and part-Australasian (New Zealand and Australian), as a glance at the pop charts of 1970s New Zealand would tell you. We pakeha have a schizophrenic cultural identity, little pieces of everyone else merging to form something that is hard to pin down as 'ours'. It is no coincidence that Maori culture is so prevalent in New Zealand cultural displays, as we pakeha brought little from elsewhere, shedding the trappings of Europe as we emigrated to the South seas. The sad 60s-70s joke that New Zealand culture was 'rugby, (horse-) racing and beer' was amusing because it was true.

The books we read were therefore from diverse places, and said more about how other places lived than how we did. When I was growing up we pakeha were for the most part yet to embrace the native Maori culture as our own, but the beginnings were there: schools were running 'Maori Studies' classes but they were optional, and we all had a smattering of Maori words in our daily vocabulary. I didn't think of myself as anything other than a New Zealander though; we had our own history quite distinct from Europe, and home-grown heroes like Charles Upham (VC & Bar), John Walker (athlete) and of course the All Blacks to look up to.

This brings me to the first book in my five; Myths and Legends of Maoriland by A W Reed, a retelling for children of the main Maori legends. I read it at a time I was also reading mythology books from other places, and I was proud that we had our own mythic heroes to stand alongside King Arthur and Robin Hood and the rest: Maui, Tawhaki and Hatupatu (my favourite) were the demigods and heroes that peopled my imagination when travelling through the New Zealand landscape as a child, and who fuelled the ideas behind my first novel, The Bone Tiki (a YA novel set in New Zealand).

The first YA book that captivated me was however quintessentially English; The Weirdstone of Brisingamen by Alan Garner is a wonderful blend of the real world and the mythic countryside, incorporating English and Norse legend in a brilliant tale of hidden magic, and it still affects me.

Next came The Lord of the Rings; I guess it's a cliché for fantasy writers, but I read it in my early teens and was totally transported; Tolkien changed my reading habits for a lifetime.

I'm a huge fan of American writer Tim Powers, whose speciality is in blending the mythic with the historical in a crazy, heady brew. I can't pick between The Drawing of the Dark (the siege of Vienna complete with djinns, trolls, King Arthur Reborn and dark magic) and The Anubis Gates (a time travel novel with the most brilliantly moving ending ever).

All of these were from a long time ago now, and were part of what forged my taste in reading; more recently I've enjoyed immensely the Dresden Files by Jim Butcher; Terry Pratchett's Discworld books, Colleen McCullough's Masters of Rome series and many one-off books like The Shadow of the Wind by Carlos Ruiz Zafon (also historical fiction); but the book with the greatest claim to being my favourite of recent years is simply called 'Q' by a collective of Italian writers writing as 'Luther Blissett' - it's a historical spy thriller set in the Protestant Reformation. History, action, mystery, and wonderfully written. Seek it out!


De Brug der Getijden: Water & Vuur (The Moontide Quartet: Mage's Blood) van uitgeverij Luitngh-Sijthoff is nu verkrijgbaar

zondag 28 september 2014

Het Kwintet van Vrouwkje Tuinman

Foto: Keke Keukelaar
Mijn lijstje met favoriete auteurs is stabieler dan mijn top vijf lievelingsboeken. Het vreemde is dat die laatste vaak niet geschreven zijn door die eerste – Truman Capote hoort absoluut bij mijn grootste helden, maar ik kan (momenteel althans) niet zijn ultieme titel kiezen.
Evengoed is er een boek dat vermoedelijk altijd in mijn onbewoond eiland-koffer zal blijven zitten: De zevensprong van Tonke Dragt. Eerst zag ik de televisieserie, vervolgens vroeg en kreeg ik het boek voor mijn negende verjaardag. Allebei op hun eigen manier vind ik ze nog altijd even spannend, origineel en tijdloos. Het boek herlees ik af en toe, de serie heb ik vorige maand op dvd besteld. Wat me aanspreekt is de gelijkwaardige communicatie tussen kinderen en volwassenen. En de volstrekt aardse en alledaagse manier waarop Dragt magie inzet. Niks zweverigs aan. Alles is uiteindelijk logisch te verklaren. Daar houd ik wel van.
Als ik aan een boek of bundel werk, lees ik vooral non-fictie. De laatste jaren gaat die vooral over dood, rouw en ziekte – de thema’s waar ik ook over schrijf. Tijdens het maken van Sanatorium verdiepte ik me vooral in de medische geschiedenis, arts-patiëntverhoudingen en de beleving die de mens heeft van zijn lichaam. Daar komt dan voor de argeloze lezer niet veel van in mijn gedichten terecht, maar voor mijzelf maakt het dat ik een tijdlang in de omgeving verkeer waar mijn boek uit ontstaat. Zoiets. Het beste boek dat ik in dit genre de afgelopen jaren las is Rigor Mortis van Mary Roach. De originele titel is Stiff. Onderzoeksjournaliste Roach verkent de wereld van dood en uitvaart. Dat doet ze zonder oordeel over wat misschien vies, raar of eng is, en met heel veel ironie. Inmiddels heb ik al haar boeken gelezen, die voeren van ruimtevaart tot seks, maar Rigor Mortis blijf ik opslaan.
Romans lees ik zelden twee keer. Niet uit onwil, maar omdat er altijd zoveel nieuwe klaar liggen. Maar Vergeef ons van A. M. Homes gaat een uitzondering zijn. Ik heb een exemplaar van mijn geliefde verslonden, en het evengoed onlangs zelf gekocht. Ook deze roman gaat over rouw. En over controle – vooral het gebrek eraan. Zelf ben ik gek op de illusie de dingen in de hand te hebben. In Vergeef ons wordt die ballon doorgeprikt op een vaak hilarische, maar vooral ook ontroerende manier.
Die twee kwaliteiten heeft ook John Irving. Een van de weinige schrijvers waar ik ALLES van heb, en waarvoor ik bij wijze van spreken een slaapzak voor de boekwinkel leg als er een nieuwe roman verschijnt. Ik denk dat Een zoon van het circus mijn favoriet is, ook omdat hij het decor eens verplaatst naar een heel andere plek, India. Aan de andere kant: feitelijk schrijft hij steeds hetzelfde boek, en toch blijft het fris, nieuw, prikkelend. Dat is weinig auteurs gegeven. 
Tenslotte poëzie, want momenteel ben ik iets meer dichter dan romanschrijver – binnenkort draait dat weer om denk ik. Een van mijn favoriete dichters van de laatste tijd is William Carlos Williams – trouwens niet geheel toevallig een arts. Ik heb van hem Selected poems, maar wat mij betreft kun je ook gaan voor de Collected poems. Een van zijn krachten is dat je hem bijna hoort als je hem leest, de ‘adem’ van de gedichten is heel duidelijk. Hoe vreemd zijn beelden soms ook zijn, hij zegt waar het op staat. Ook dat is niet alle auteurs gegeven.

Sanatorium van uitgeverij Cossee is nu verkrijgbaar

dinsdag 23 september 2014

Het Kwintet van Felicita Vos

Een boekenkwintet samenstellen: het valt niet mee. Mijn hoofd begint direct te tollen en de kanshebbers tuimelen over elkaar heen. Toch zijn er een aantal boeken die mij zo geraakt hebben dat ze steevast als Lange Japen overal bovenuit steken. Het zijn boeken  waarmee ik een emotionele band voel, die me tot in mijn kern geraakt hebben, die mij een cruciale leeservaring schonken en daarmee mijn leven voorgoed veranderd hebben. Ik lees overigens alleen papieren boeken. Ik wil een boek in mijn handen houden, het papier kunnen voelen en de geur kunnen van inkt kunnen ruiken. Ik sleep ze overal mee naartoe. Lees en herlees ze in bus, trein, vliegtuig, op hotelkamers, zittend op het strand, in een park of waar dan ook.

Liefde in tijden van cholera, Gabriel García Márquez

Ik ben een fan van Márquez, een briljant verteller die als geen ander een magisch realistische wereld weet te scheppen waarin ik graag verblijf. Honderd jaar eenzaamheid, Kroniek van een aangekondigde dood, Ontvoeringsbericht, zijn enkele favorieten. Toch kies ik hier voor Liefde in tijden van cholera. De roman bevat een rijkdom aan thema’s als leven, dood, het onomkeerbare noodlot en een liefde die alles overstijgt en alleen maar sterker wordt als de dood dichterbij komt. De menselijke leefwereld van de personages is haast zintuiglijk waarneembaar. Márquez schittert door zijn perfecte taalhantering waarmee hij verschillende perspectieven weet samen te voegen tot een mooie apotheose.

Het ongrijpbare meisje, Mario Vargas Llosa

Vargas Llosa is een van mijn literaire helden. Ik ontmoette hem vorig jaar. We spraken elkaar heel kort, maar het was een bijzonder moment dat ik koester.
Zowel Tante Julia en Meneer de schrijver als Het ongrijpbare meisje zijn boeken van zijn hand die ik vaak cadeau geef of aanraad als daarom gevraagd wordt. Misschien omdat ze wat toegankelijker zijn. Ik houd van Vargas Llosa vanwege zijn vernieuwende stijl, zijn maatschappelijk engagement en de wijze waarop hij het leven, de nooit aflatende strijd om het bestaan in zijn boeken beschrijft.

Madame Bovary, Gustave Flaubert

Mario Vargas Llosa zei ooit in een interview dat de herinnering aan de zelfmoord van Emma Bovary hem in donkere dagen ervan weerhielden om zelf tot een dergelijke wanhoopsdaad over te gaan. Ik las het boek voor het eerst toen ik op de middelbare school zat. De uitwerking die het verhaal toen op mij had, heeft het nog steeds. Het zij in een andere dimensie en met een ander besef van het leven en de processen die zich daarin voltrekken.

Die Verwandlung, Kafka

Ik las dit universele en tijdloze meesterwerk voor het eerst toen ik een jaar of veertien was. Franz Kafka voerde me mee naar de wereld van Gregor Samsa, de jonge reizende vertegenwoordiger die op een ochtend als kever wakker werd. Het feit dat anders zijn je tot een paria maakt, uitsluit van de maatschappij en zelfs dierbaren tot afkeer en marteling weet te brengen tot de dood erop volgt, choqueerde me diep. Ik herlees het verhaal, altijd in Duitse versie, eens in de zoveel jaren en ben iedere keer geraakt door het tijdloze gegeven dat zich in vele gedaanten manifesteert.

Romanceros gitano, Federico García Lorca


Lorca hield van puurheid en wist de cultuur van de Gitano’s, die voor een buitenstaander moeilijk te doorgronden is, in zijn dichtbundel Romancero Gitano perfect te weerspiegelen. Ik houd van Lorca en voel me met hem verbonden vanwege de mythische lading van zijn gedichten. Zijn vrijheidsdrang en onafhankelijke opstelling sluiten ook haarfijn aan bij de Roma cultuur.

Duivelsklauw van uitgeverij In de Knipscheer is nu verkrijgbaar

Het Kwintet van Hannemieke Stamperius

Foto: Maartje Geels
Virginia Woolf, wier To the Lighthouse (1927) ik minstens vijftien keer gelezen heb, heeft mij de vrijheid gegeven fictie te schrijven zoals en waarover ik wilde. Toen ik begon, in de jaren zeventig, was de Nederlandse literatuur qua stijl en thematiek een stuk magerder dan nu, en werd je bovendien op je sekse afgerekend. Ook nu nog behoedt Woolf me voor zelfcensuur. Ik fantaseerde vaak hoe super het zou zijn haar een keer te ontmoeten, maar sinds ik haar uiterst keurige stem beluisterde in de British Library weet ik dat niet meer zo zeker.

Ellen MoersLiterary Women, the great writers (1963), één van de eerste wetenschappelijke boeken op dat terrein, leerde me het vak literatuurtheorie, waarin ik was opgeleid en gepromoveerd, uit te breiden naar het gebied van vrouwen en literatuur. Dankzij Moers durfde ik te schrijven over seksisme in literatuurkritiek en vergeten vrouwen uit de Nederlandse literatuur.
Moers’ onderzoek naar het gebruik van natuurbeelden van negentiende eeuwse schrijfsters om de intimiteit van privacy en misschien zelfbevrediging uit te drukken (neem: een kleine, begroeide heuvel in een vlakte, of George Eliot die de lievelingsplaats van een personage de ‘Red deep’ noemt…) heb ik veel later ook nog met plezier gebruikt in één van mijn detectives.

Meester Eckhart gaf mij herkenning over zeven eeuwen heen. Zijn beelden zijn van een onvoorstelbare rijkdom en diepte, en dat terwijl hij tot de beeldloze mystieke traditie behoort! ‘God is de ziel van mijn ziel’, ofwel: ieder mens, zonder uitzondering, heeft iets van God, van het Licht, de liefde en de inspiratie, in zich. Of: ‘God baart Jezus in de harten van de mensen.’ Eckharts Deutsche Predigten und Traktaten zijn een voorbeeld van een onverschrokken theologie die voortkomt uit religieuze ervaring. Mede dankzij hem is religiefilosofie een soort tweede en zeer dierbaar vak geworden.

Alphonse Daudet schreef in La Doulou (1895, maar pas gepubliceerd in 1935) over het leven met de pijn van zijn syphilis en werd mijn eerste pijnverwant. Zonder het te weten gebruikte ik al dezelfde beelden als hij: pijnen zijn bij mij, bijvoorbeeld, een symfonie, terwijl hij zich omschreef als ‘de dirigent van het orkest van pijn’. Het was dan ook een treurige schok, te ontdekken dat hij met Wagner over hun gezamenlijk antisemitisme correspondeerde!

Ik schilderde al een jaar of tien landschappen in aquarel, bij wijze van hobby, toen ik in 2007 Rolina van Vliet’s Ga Abstrakt  tegenkwam, dat me inspireerde mijn eigen vorm te vinden in het schilderen van abstracte landschappen, die ik sindsdien al meerdere malen heb mogen tentoonstellen. Nu is schilderen geen hobby meer, maar naast schrijven een alternatieve uitweg voor mijn creativiteit.

De uitdaging in het kiezen van vijf boeken, is ze zo te kiezen dat ze samen een beeld geven van wie je bent, wat je doet en hebt gedaan, waarvoor en waarvan je leeft. Kan dat?

Hannes Meinkema en Justa Abbing, maar altijd: Hannemieke Stamperius. 

De Heiligwording van Berthe Ploos van Uitgeverij Contact is nu verkrijgbaar.

donderdag 18 september 2014

Het Kwintet van Daniël Deegen

De vijf boeken die het meeste indruk hebben gemaakt of mijn denken hebben veranderd? Moeilijke opgave en niet alleen omdat het laatste boek vaak het meest blijft hangen Nu ik bijna 50 ben, heb ik misschien 35 jaar lang 30 romans per jaar gelezen, grofweg 1000 dus. Hoe moet je daar 5 uit kiezen? Gelukkig houd ik sinds een jaar of twintig alle boeken die ik lees bij, in een rood notitieboekje, waarbij de indrukwekkendste (een of twee per jaar) voorzien worden van een uitroepteken. Waarom? Om nog eens te herlezen (wat ik nooit doe, geen groter geluk dan een nieuw boek), om aan te raden, of cadeau te geven. Achter in het boekje staan de lekkerste recepten. Natuurlijk maakt lichte paniek zich van me meester als ik het Rode Boekje even niet kan vinden. Goed, uit die ongeveer 30 indrukwekkendste boeken een selectie van de meest recente, tamelijk willekeurig dacht ik. Maar als ik zo kijk gaat het veel over Het Kwaad. Toeval?

Jonathan Littell - De Welwillenden

Over de Welwillenden is natuurlijk niets origineels meer te zeggen. Margot Dijkgraaf schreef in de NRC ''het lezen was een beproeving. Niet alleen wegens de omvang (960 dichtbedrukte pagina’s), maar ook vanwege de uitgebreide gruwelen, de martelingen, de verminkingen, de plastische beschrijvingen van de Endlösung, van de gehangenen (hun erectie en hun ejaculatie), de honger, de onmenselijkheid, het bloed en de pijn die van de pagina’s spatten. (...) vooral in zijn psychologie overtuigde de roman mij geenszins. (...) De lezer beschouwt hem (de hoofdpersoon) in de loop van het boek als een zielige en pathetische figuur, die in vredestijd bij de psychiater zou zijn beland.'' Dat laatste klopt denk ik, maar als psychiater vond ik juist dát fascinerend. De hoofdpersoon wordt met al zijn psychopathie en narcisme als de verpersoonlijking van Het Kwaad neergezet, maar heeft een net te wankel zelfbeeld en net iets te veel geweten om al dat uitgevoerde kwaad ook doodgemoedereerd te kunnen verdragen, waarna hij toch nog een mens blijkt en zelf ten onder gaat. Gelukkig maar, was ik geneigd te denken. Ook ik vond het een uitzonderlijk, verpletterend en gruwelijk boek, waarvan ik denk dat het een blijvende plaats tussen de klassieken verdient.

Onderhuids - Michel Faber

Ook in Onderhuids,een literaire sciencefiction- en psychologische roman, wordt Het Kwaad treffend verbeeld. Een jonge vrouw is op zoek naar stevig gebouwde mannelijke lifters, die ze naar een boerderij brengt waar een enorme vleesverwerkende industrie is gebouwd. Mensenvlees, wel te verstaan. Door mensen de hoofdrol te laten spelen als slachtoffers van de bio-industrie, wordt nog eens pregnant naar voren gebracht hoe wij tegen dierenlevens aankijken. En nee, dieren zijn geen mensen (want hebben bijna geen reflectieve vermogens). Maar omdat ik me zo goed kon identificeren met de slachtoffers heeft dit boek blijvend mijn vleesconsumptie veranderd.

Emma Donoghue - Kamer

Emma Donoghue beschreef hoe het Kwaad er nog meer uit kan zien. Of eigenlijk doet ze dat juist niet, maar is de dreiging steeds voelbaar. We zien de wereld door de ogen van een klein jongetje, waarbij langzaam, in elk geval tot mijn verbijstering, duidelijk wordt dat die wereld niet groter is dan de kamer waarin hij met zijn moeder woont. Sterker: dat hij nooit buiten die kamer is geweest. Hij is er geboren, omdat zijn moeder misbruikt werd en wordt door de man die haar ontvoerd heeft en al jaren gevangen houdt. Als het jongetje en zijn moeder ontsnappen liggen er nieuwe angsten op de loer: hoe moet hij zich tot de wereld verhouden die hij alleen van tv kent? Ik vond het niet alleen een sterk verhaal, maar ook een ongelooflijk mooi getekend kinderportret, waarbij er geen andere realiteit is dan die we door de ogen van het hoofdpersoontje zien. Ik realiseerde me weer dat voor ieder van ons de werkelijkheid anders is. Om Maxima te parafraseren: de werkelijkheid bestaat niet.

De Nieuwe Nederlandstalige Roman.


Ik weet niet of die term al bestaat, maar er zijn recent een aantal debuutromans verschenen die zo beeldend geschreven zijn en daarmee zo tot de verbeelding spreken, dat er wel een nieuwe generatie schrijvers lijkt te zijn opgestaan. Zo zou ik zelf willen kunnen schrijven! Met bewondering en lichte afgunst heb ik het met taal geschilderde Het Lam van Jannie Regnerus gelezen, de originele metaforen en scherpe observaties van Nina Polak in We zullen niet te pletter slaan, de sobere maar trefzekere stijl van Jaap Robben in Birk en als klap op de vuurpijl de mooi gecomponeerde ideeënroman De kunst van het vallen van Gaea Schoeters. Op bijna elke pagina gedachten die aanzetten tot verwondering en overpeinzing, zonder de vaart uit het verhaal te halen. Prachtig!

Mijn Moeder Is een Vaderjood van uitgeverij Libris Venstra is nu verkrijgbaar

vrijdag 5 september 2014

Het Kwintet van Corine Kisling

Foto: Camile Schelstraete
Toen ik elf jaar was, las ik Hollands glorie van Jan de Hartog. Ik herinner me mijn verontwaardiging over het machtsmisbruik en de onrecht- vaardigheid waartegen Jan Wandelaar moest vechten. Het is wellicht niet het beste boek dat ik in mijn leven heb gelezen, maar het markeert wel het moment waarop ik van jeugdlectuur naar volwassen literatuur ben overgestapt. De herinnering eraan is me zo dierbaar dat ik het boek nooit zal herlezen uit angst voor teleurstelling.

Tijdens mijn studie Frans te Leiden heb ik veel prachtige en bijzondere boeken gelezen, maar absoluut onvergetelijk vind ik En attendant Godot van Samuel Beckett, een toneelstuk dat bij het absurdistisch toneel wordt gerekend. De setting (‘landweg met boom’), het doelloze wachten, de herhalingen, de tekst: beangstigend en indrukwekkend door de eenvoud.

Onlangs gelezen: Stoner van John Williams. Dat boek zal wel een tijdje in mijn hart en hoofd blijven zitten. Onbegrijpelijk hoe alles in de relationele sfeer mis lijkt te lopen voor hoofdpersonage William Stoner. Zijn carrière komt niet echt van de grond, zijn huwelijk is inhoudsloos en wordt op den duur zelfs vijandig, de liefde voor zijn dochter wordt hem ontzegd. Het vervelende is dat je het wel een beetje begrijpt waarom alles mislukt. Met wat een gelatenheid gaat die man door het leven! Doe toch iets!, zou je willen roepen. Maak een vuist! En daarom is dit boek zo knap: Williams heeft van een nogal saai personage en een onopgemerkt leven een adembenemend boek gemaakt. Zal ik waarschijnlijk nog wel eens herlezen.

Bijzonder aangrijpend (o.a. weer vanwege dat machtsmisbruik en die onrechtvaardigheid) vond ik English Passengers van Matthew Kneale. Het is een roman die zich afspeelt halverwege de negentiende eeuw en die een bootreis naar Tasmanië beschrijft. Een van de reizigers is ervan overtuigd dat daar het Aards Paradijs gelegen is, en een andere passagier hoopt er juist evolutionaire ontdekkingen te doen aan de hand van Tasmaanse aboriginals. Bij monde van een twintigtal personages (in de vorm van brieven, reisverslagen, dagboekfragmenten, etc.) wordt het verhaal gedaan van de snelle decimering van de inheemse bevolking.  Griezelig beschamend met een paar knappe wendingen op het eind. Zal ik zeker nog eens herlezen.


Honderd jaar eenzaamheid van Gabriel García Márquez blijft voor mij aan de top staan. Alleen die beroemde beginzin al: ‘Vele jaren later, staande voor het vuurpeloton, moest kolonel Aureliano Buendía denken aan die lang vervlogen middag, toen zijn vader hem meenam om kennis te maken met het ijs.’ In deze familiesaga die zich afspeelt in het Zuid-Amerikaanse fictieve stadje Macondo is iedereen met elkaar verbonden (veel mannen dragen dan ook dezelfde naam). De talloze, soms bizarre personages leven een moeizaam leven in een harde wereld waarin magische gebeurtenissen er gewoon bij lijken te horen (een hemelvaart, een jaar onafgebroken regen, een straaltje bloed dat zich een bewuste weg zoekt, een blinde vrouw die alle verloren voorwerpen terugvindt). Ja, dit blijft vooralsnog hét beste boek voor mij, en aangezien het al jaren geleden is dat ik het gelezen heb, ga ik er nu meteen weer aan beginnen.

Het Badhuis van uitgeverij De Arbeiderspers is nu verkrijgbaar

maandag 25 augustus 2014

Het Kwintet van Willem Claassen

Foto: Keke Keukelaar
Ik heb gemengde gevoelens bij het bezoeken van een boekhandel. Ze verkopen precies wat ik zoek, maar het is er makkelijk bang worden. Zoveel boeken die je niet zult lezen en wel zou willen lezen. Elke keer sta ik weer vol onrust tussen de boekenkasten. Alleen al voor de literatuur zou het leven ietsje langer mogen zijn. Gelukkig zijn er veel manieren om een goed boek te vinden. Je kunt het alleen niet altijd afdwingen.  

De vijf boeken die ik heb gekozen zijn via verschillende wegen bij mij terechtgekomen. Het zijn geen klassiekers of goed verkopende boeken, want die kent iedereen wel. Het gaat om boeken die me raakten en die me aan het schrijven hebben gezet.

The bend from home – Dermot Healy

Ik was 21 en had een ticket geboekt naar Ierland. In de bibliotheek zocht ik naar een boek dat zich afspeelde in dit land. Zo stuitte ik op Dermot Healy. Een mooi omslag, ook de achterflap sprak me aan. Tijdens mijn vakantie merkte ik hoeveel geluk ik had dat ik deze roman, schijnbaar willekeurig, in handen had gekregen. In cafés, hostels, op stranden en in de bermen langs de weg las ik De bocht naar huis, de vertaling van The bend from home. Als zijn bejaarde moeder aftakelt, zoekt Healy haar op en komen er talloze herinneringen uit zijn jeugd naar boven. Over zijn vader die agent was en jong overleed, over de verhuizing van een dorp naar een stad, over het internaat, over de meisjes. Grappige en tegelijkertijd ontroerende verhalen over eenvoudige mensen, zo geschreven alsof je tussen de personages staat.  In stijl en sfeer een voorbeeld. Eenmaal terug in Nederland heb ik het boek teruggebracht naar de bibliotheek en bij de boekhandel een aantal exemplaren gekocht. Voor mezelf, en om uit te delen.

Pleun – Detlev van Heest

Dankzij een recensie in De Groene Amsterdammer over zijn eerste boek kwam ik in aanraking met Detlev van Heest. Zo kan het dus ook. Pleun, zijn tweede roman, is voor mij hét boek over vriendschap. De Nederlander Van Heest verhuist met zijn vrouw van Japan naar Nieuw-Zeeland. In dit nieuwe, vreemde land ontmoeten ze een ander Nederlands echtpaar dat dicht in de buurt woont. Er ontstaat een innige vriendschap tussen het viertal waarin vrijwel alles besproken wordt wat besproken kan worden. Ook het onderwerp vriendschap zelf komt uitgebreid aan bod, op metaniveau worden heel interessante dingen gezegd. Maar het zijn vooral de kleine handelingen die veel laten zien. Van Heest schrijft zijn verhaal in dagboekstijl. Het is zeer nauwkeurig en uitgebreid, maar door de goede dosering en het gevoel voor detail leest het fijn weg. Uiteindelijk komt het tot een geweldige implosie van de vierhoeksvriendschap. Tegelijkertijd keert Van Heest zichzelf binnenstebuiten. Hij spaart zichzelf niet en dat maakt extra indruk.


Cathedral – Raymond Carver

Een man en een vrouw zijn net uit elkaar. De man woont tijdelijk in een klein appartement. Zijn ex-vrouw komt op bezoek op het moment dat een van zijn oren is dichtgeplopt. Met een naald probeert ze hem te helpen. Dit lukt uiteindelijk, waarna ze weer vertrekt. De man blijft alleen achter en is bang om verkeerd in slaap te vallen, want er bestaat een kans dat zijn oor dan opnieuw dichtplopt. Dit is een ultrakorte samenvatting van een typerend verhaal uit Cathedral. Het werk van Raymond Carver, de meester van het korte verhaal, speelt zich veelal af in een huiselijke, alledaagse setting.  Hij heeft weinig woorden nodig om zijn personages, met ieder zijn eigen problemen, tot leven te wekken. Dit doet hij op een ingetogen manier, waarbij de onderhuidse spanningen tussen de regels door te lezen zijn. Cathedral kocht ik nadat ik in een tijdschrift een stripversie van het titelverhaal had gelezen.  

West – Walter van den Berg

Het internet herbergt miljoenen weblogs. Daar zit veel - heel veel - rotzooi tussen, en een enkel pareltje. Vandenb.com is zo’n parel. Doordat ik zo gegrepen werd door de stukjes op dit weblog kocht ik het debuut van Walter van den Berg, de schrijver achter Vandenb.com. De hondenkoning is een prachtige roman, maar West, zijn tweede, raakt me nog meer. Het gaat over twee broers die totaal van elkaar verschillen. De een is een snelle, handige jongen, die zingt op feesten en partijen. De ander is een dromer, die vol twijfels is over de toekomst. Gaandeweg ontdekken ze dat hun karakters niet te verenigen zijn. Van den Berg schrijft in spaarzaam proza waarin elk woord raak is. Het is beklemmend en hard, maar bij vlagen ook humoristisch. Het is realisme van het hoogste niveau: werd Amsterdam-West ooit zo trefzeker beschreven? Ook mooi is dat de hoofdpersonages een kleine bijrol hebben in zijn derde roman, dat zich eveneens in deze buurt afspeelt en ook een aanrader is: Van dode mannen win je niet.

The woman who walked into doors – Roddy Doyle

Ik stond in De Slegte en zag dit boek van Roddy Doyle liggen. Ik kende Doyle slechts van naam en was bang dat het vooral een grappige schrijver was, maar ik dacht: doe ’s gek. Lang leve de ingevingen in De Slegte! In The woman who walked into doors vertelt poetsvrouw en alcoholiste Paula Spencer met scherpte en zelfspot haar tragische levensverhaal. Aan de hand van herinneringen geeft ze een gelaagd beeld van zichzelf en van haar familie. Paula werd jarenlang mishandeld door haar man, een crimineel die na hun scheiding tijdens een kidnapping wordt doodgeschoten door de politie. Maar verwacht geen inktzwart drama. Met humor en empathie kruipt Doyle in de huid van een vrouw met een groot hart. Het is bijna niet te geloven dat dit boek door een man geschreven is. Tien jaar na het uitbrengen van dit meesterwerk verscheen een vervolg,  simpelweg getiteld Paula Spencer. In dit boek is de hoofdpersoon tien jaar ouder en worstelt zich verder door het leven. Ergens las ik dat er nog een deel drie aan zit te komen. Het vinden van een goed boek kun je niet altijd afdwingen, maar op een nieuw boek over Spencer zit garantie.
De Koe Die de Waal Over Zwom van uitgeverij Wintertuin is nu verkrijgbaar

dinsdag 12 augustus 2014

Het Kwintet van Inge Ipenburg


Foto: Nico Kroon
Het maken van lijstjes probeer ik altijd te voorkomen en tegelijkertijd wil ongeveer elke verslaggever of journalist voor welk blad of welke krant dan ook altijd weer een lijstje. Van leukste, beste, meest indrukwekkende, levensbepalende, favoriete en vul er zo nog maar een paar in. En dan kan het over eten gaan, of over een vakantiebestemming, een huidproduct, een persoonlijkheid, een gebeurtenis, over muziek of over boeken. En ik heb nooit een antwoord. Ik kan nou eenmaal erg slecht kiezen en alles is een momentopname. Maar aangezien ik hoop dat mijn debuutroman Het Gerecht op veel favorietenlijstjes terechtkomt en dat dan niet iedereen bedankt voor de eer om het lijstje openbaar te maken, doe ik bij deze mijn best.

Het Slimme Onbewuste van Prof. Ap Dijksterhuis
Dit boek geef ik het laatste jaren te pas en te onpas aan iedereen cadeau. Het legt op een leuke en toegankelijke manier uit dat ons gezonde verstand, ons bewustzijn, eigenlijk niet zoveel voorstelt en dat we dat voornamelijk moeten gebruiken voor onbelangrijke beslissingen zoals  bijvoorbeeld de dagelijkse boodschappen.
Daarbij komen allerlei onderzoeken aan de orde met uitzonderlijke uitkomsten. 1 van mijn favorieten is dat je aantoonbaar slimmer bent als je aan een professor denkt dan aan een secretaresse.

Extremely Loud and Incredibly Close van Jonathan Safran Foer
Nog nooit vond een boek zo moeiteloos de weg naar mijn ziel en het zit daar voorgoed verankerd. Prachtig ook hoe de opmaak van het boek een toegevoegde waarde heeft zonder dat het mijn eigen beelden bij de taal en het verhaal in de weg staat.

Kafka op het Strand van Haruki Murakami
Jaren geleden lag er een lijstje bij een Murakami boek in de boekhandel waar ik altijd kwam waarop stond in welke volgorde je Murakami boeken het best kon lezen. Ik begon met Norwegian Wood, maar Kafka on the Beach is mijn absolute favoriet. Normaal ben ik geen fan van magisch realistische verhalen, want zo kan je het wel noemen denk ik, maar Murakami’s realiteit wordt moeiteloos de mijne als ik zijn boeken lees.

Turks Fruit van Jan Wolkers
Gelezen op mijn 12e voor het eerst en diep onder de indruk van de directheid t.a.v. emoties en seks. Dat was nog eens wat anders dan de manier waarop vrouwelijke auteurs seks en liefde koppelden. Lang heb ik Turks Fruit elk jaar een keer gelezen. Hele passages kende ik uit mijn hoofd en ze bleven me altijd weer diep raken.

Nummer 5 kan van alles zijn. Nederlandse prachtboeken zoals Joe Speedboot of Een Schitterend Gebrek of Bonita Avenue. Of van Dave Eggers het indrukwekkende What is the What, maar ik kies voor On Chesil Beach van Ian McEwan.
Of eigenlijk al het werk van Ian McEwan met uitzondering van zijn met de Bookerprize bekroonde Amsterdam. Dat las ik ooit als eerste van hem en nooit gedacht dat hij daarna de schrijver zou worden waarvan ik elk boek koop zodra het uitkomt en waar ik ongelooflijk van kan genieten. On Chesil Beach gaat voor mij over alle misverstanden die ons leven bepalen doordat we denken dat we elkaar begrijpen. Het is simpel, klein en prachtig.

Het Gerecht van uitgeverij De Fontein is nu verkrijgbaar


vrijdag 8 augustus 2014

Het Kwintet van Auke Hulst

Lijstjes maken van boeken: het valt niet mee. Neem je simpelweg de boeken die je het beste vond? De boeken waarmee je een emotionele band hebt? Of de boeken die een beslissende leeservaring waren? Ik vind het laatste het interessantst – al is er sterke overlap met de eerder genoemde categorieën – omdat het een staalkaart is van je ontwikkeling als lezer, en indirect ook van je ontwikkeling als schrijver.

The Moon is a Harsh Mistress (1966) – Robert Heinlein
Ik was twaalf, nog niet echt een lezer, en sinds kort in het bezit van een bibliotheekpas. Op goed geluk trok ik dit boek uit de kast met sciencefiction. Ik was al jaren geïnteresseerd in sterrenkunde, dat zal hebben meegespeeld. Het is het verhaal van een revolutie die uitbreekt op een Maankolonie die door de Aarde in gebruik is genomen als gevangenis. Maar is dat houdbaar, wanneer op zeker moment het grootste deel van de bevolking vrij geboren is? Heinlein was een controversieel figuur – weggezet als militaristisch vanwege Starship Troopers (1959), maar omarmt door de tegencultuur dankzij Stranger in a Strange Land (1961). Maar voor alles kon hij, op spierballentoon, een opwindend verhaal vertellen. Heinlein maakte, meer dan wie ook, dat ik datzelfde jaar serieus begon met schrijven.

Ender’s GameOrson Scott Card
Nog een sciencefiction-roman, en nog een controversiële schrijver (een Mormoon met akelige denkbeelden over homoseksualiteit). Maar dat doet niets af aan dit gelaagde, emotioneel geladen en verdomd goed geschreven boek over een jochie dat naar een krijgsschool in de ruimte wordt gestuurd, omdat hij mogelijk de enige is die het talent heeft een aankomende invasie van aliens te neutraliseren. Het jochie, Ender, is hopeloos alleen, en wordt ook bewust geïsoleerd om hem sterker te maken. Wat voelde ik met hem mee! En wat herkende ik mezelf in hem! Daarnaast stelt het boek filosofische vragen over omgang met anderlingen, wraak, genocide, omgang met kinderen, de kracht van kinderen, en veel meer. Het is het enige sf-boek dat ik ken, dat zelfs de haters van het genre bekoort. (En ik heb het vaak uitgedeeld aan die haters.) Niet toevallig is het het favoriete boek van Kai, de hoofdfiguur in mijn gestileerd autobiografische roman Kinderen van het Ruige Land.

The Great GatsbyF. Scott Fitzgerald
Fitzgerald was het grootste natuurlijke talent dat er is. Die stijl. Die schwung. En daarnaast: een feilloze – soms onbedoelde – chroniqueur van een interessant tijdsgewricht: het interbellum. Zijn (ook al razend interessante) leven, volgt min of meer het patroon van boom en bust, van de feesten van de Jazz Age naar het failliet van de Depressie. Misschien heb ik nog wel meer óver dan van hem gelezen. The Great Gatsby, dat ik las toen ik 21 was, is zijn beste boek. Compact, met diep inzicht in de betekenis van geld. En een van de mooiste opsommingen in de literatuurgeschiedenis: die van namen van feestgangers.

The Wind-Up Bird Chronicle Haruki Murakami
Het gebeurt niet vaak dat een schrijver je kijk op literatuur en het leven wezenlijk op de kop zet. Murakami deed het. In Buitenwereld, binnenzee beschrijf ik hoe ik Murakami ontdekte: dankzij de zintuigelijke bekoring van dit boek, dat ik om geen enkele andere reden kocht dan hoe het eruit zag. Ik citeer het hier, anders verval ik in zelfplagiaat. ‘Ik las in bed en in bad en betrapte mezelf erop dat ik letterlijk naar adem lag te happen. (...) Waar ging dit boek eigenlijk over? Een man was zijn kat kwijt, zijn vrouw ging er zonder verklaring van door, er was een afdaling in een waterput, een hotelkamer aan de andere kant van een metafysische muur, het vleesgeworden Kwaad, de getuigenis van een veteraan uit marionettenstaat Manchukuo, een tienermeisje met teveel praatjes. Dit alles greep in elkaar, misschien niet eens op intellectueel niveau, maar toch zeker op gevoelsniveau. (...) Zo liet Murakami me zien tot hoever je de literaire werkelijkheid kon oprekken zonder dat het weefsel inscheurde.’

The RoadCormac McCarthy

Een boek om kort over te zijn. Een man en zijn zoontje zijn op weg in een post-Apocalyptische wereld, naar het zuiden, waar het leefbaarder moet zijn. In bijna gewijde taal schetst McCarthy de kruisgang van een vader. Er valt niks te lachen. Integendeel: je krijgt als lezer een onbedaarlijk pak op je sodemieter. Ik las het in een junglekamp in Venezuela en lag te janken in mijn hangmat.

Buitenwereld, Binnenzee van uitgeverij Anthos is nu verkrijgbaar