zaterdag 26 maart 2011

Het kwintet van Chika Unigwe


Spaar de Spotvogel (To Kill a Mockingbird) van Harper Lee is het onvergetelijke verhaal over een  advocaat Atticus Finch en zijn twee jonge kinderen. Het nogal rustige leven van Finch's kinderen verandert wanneer hun vader een zwarte man verdedigt die beschuldigd wordt van verkrachting. Het gaat vooral over hoe een humaan mens probeert in een een racistisch America te leven en zijn idealen  aan zijn kinderen door te geven. Het wordt nooit sentimenteel, is verteld vanuit het perspectief van een jong meisje en heeft me diep geraakt. Hoe blijf je “goed” als mensen rondom je “slecht” zijn? Mijn vierteenjarige zoon is het nu aan het lezen

Blonde Roots van Bernardine Evaristo  begint met: All things are subject to interpretation: whichever interpretation prevails at a given time is a function of power, not truth. Het is een mooi geschreven, meeslepend verhaal dat de slavenhandel op zijn kop zet. De zwarte Africanen veroverden de wereld en nemen blanke slaven. De blanken worden ontworteld van hun continent en naar “Aphrika”  gebracht. Ze moeten van namen veranderen, nemen de namen van hun eigenaars en worden beschouwd als barbaars. Het toont de belachelijkheid van het denkpatroon van mensen die geloven in de superioriteit van het ene ras boven het andere.  Geschiedenis heeft niets te maken met waarheid maar met macht. Sterker nog, wie heeft de macht om zijn eigen versie van de waarheid te vertellen en te verspreiden?

De Bekende Wereld (The Known World) van Edward P. Jones is een epos over America in de jaren tachtig net voor de burgeroorlog. Het gaat over Henry Townsend die is opgegroeid als slaaf. Dankzij zijn vader die na jaren sparen zijn vrijheid koopt, komt Henry vrij. Henry beslist om zelf een plantage te houden en slaven te kopen. Hij behandelt zijn slaven hetzelfde als de blanke slaafhouders. Slavernij besmet iedereen. Het is niet mogelijk om mensen te kopen en toch menselijk te blijven. Jones is een meester verteller en hoewel dit boek meer dan vier honderd paginas telt, merk je dat nauwelijks. Zijn techniek heeft me ook geholpen toen ik Fata Morgana schreef.

Honderd jaar Eenzaamheid (Cien Anos de Soledad) van Gabriel Garcia Márquez is een schitterend boek. Het is magisch-realisme op zijn best. Ik heb dit als een tiener gelezen en werd direct verliefd op Márquez. Het was ook de eerste Zuid-Amerikaanse roman die ik gelezen heb. In deze roman beschrijft Márquez op een comische-tragische wijze de geschiedenis van het geïsoleerde dorpje Macondo (dat waarschijnlijk in Colombia ligt)  en van de familie Buendías  die het stadje heeft gesticht. Ieder woord is perfect gekozen, iedere zinconstructie  is een wonder. Ik heb het meermaals gelezen toen ik Nachtdanser aan het schrijven was.

Ana Karenina van Leo Tolstoy heeft de mooiste passage over dood die ik ooit gelezen heb. Het is een roman die alles heeft: liefde; lust; verraad, wraak. Het is geschreven in een pakkende taal. Ik herlees er af en toe fragmenten van en heb ook een luister-cd van de roman. Een tijdloos meesterwerk.


Nachtdanser van uitgeverij Meulenhoff is nu verkijgbaar.

Het kwintet van Lieneke Dijkzeul


Foto: Merlijn Doomernik

Vijf titels, een lastige keuze. Maar onontkoombaar is mijn eerste leesboek (titel allang vergeten), omdat zich daarmee een wonder voltrok. Al zo lang had ik gehunkerd naar het doorgronden van die onbegrijpelijke tekens, en plotseling transformeerden ze in woorden, de woorden in een verhaal. Een nieuwe wereld, die alleen maar groter kon worden.

Van daaruit óp naar de lichtvoetige precisie van Annie M.G. Schmidt. Abeltje, en logischerwijs De A van Abeltje. Een verademing na de onverdraaglijke braafheid van W.G. van de Hulst en C. Joh. Kieviet. Zo kon het dus ook. De schrijver – solidair met het kind –  zélf een kind, dat de taal liet huppelen en dansen tot je hoofd ervan tolde.

Voort, voort! Geen tijd te verliezen. De sprong naar Charlotte Brontë’s Jane Eyre. ‘Reader, I married him.’
De romantiek ervan, natuurlijk, en de gedetailleerde portretten, met fijne ironie geschilderd, maar daarnaast de ontdekking van een nieuwe taal, de nuances die in het Nederlands niet mogelijk leken. Intussen ging het immers allang niet meer alleen om de verhalen. Het ging om de manier waarop ze werden verteld. Jarenlang vooral ook lezen om de techniek te doorzien. Waarin school het geheim, als er een geheim was?

Nescio dook op, en met hem vele anderen, als gevolg van de zoektocht naar het comprimeren zonder verlies van betekenis. Prachtig, maar het was nog te veel.
Elsschot dan. Kaas. Een moeder ligt op sterven, een zoon wordt gewaarschuwd door zijn zwager, aarzelt, aangeschoten als hij is, maar: ‘”t Is voor vannacht,” garandeerde mijn zwager.’
Garandeerde. Eén woord kon genoeg zijn. Een krachtige soberheid waarin elke zin zelfstandig overeind blijft. Altijd is taal het vehikel om het verhaal van schrijver naar lezer te transporteren, hier was het vehikel niet opgeleukt met overbodige accessoires. In termen van autohandelaren een ‘kale bak’. Maar die kale bak doet wat hij moet doen, en laat onderweg de lezer versteld staan van de vergezichten die zich openen.

Van Elsschot naar Kopland is de stap derhalve niet zo groot, want wie op zoek is naar bondigheid, moet vroeg of laat eindigen bij poëzie, moet misschien zelfs eindigen bij Toen ik dit zag.
Een leven samengebald in 28 gedichten. Bijna een tekort aan woorden, behalve als men bereid is door die woorden heen te kijken, te appreciëren wat die spaarzaamheid beoogt.

Het moge duidelijk zijn: van groter invloed dan de verhalen zijn voor mij de schrijvers, die met taaie volharding hun taal in alle registers hebben doorzocht, tot ze ten slotte hun eigen toon herkenden.
Nu alleen nog maar lang genoeg in leven blijven om de mijne te kunnen horen. Dit stuk telt 446 woorden, in plaats van de gevraagde 500. Ik ben op de goede weg.


Verloren Zoon van uitgeverij Ambo Anthos is nu verkijgbaar.

Het kwintet van Gilles Leroy

I don’t want to cheat – I’m not that kind of trickish guy. So I will observe your “five favorite books” principle.

Nevertheless, I hope you will agree with me that  Proust’s A la Recherche du Temps Perdu  is one book only (no matter the numerous volumes counted in… and the thousands of pages). Thank you.

Le Rouge et le Noir, Stendhal : My first serious novel. My first literary experience. I was eleven. It was my birthday and a friend of my mothers offered me the book. Mother said, Well, I think it’s a grown-up reading, and she put it in a drawer. Later that night, when everyone was asleep, I got up and seeked out the forbidden book. I went back to bed and started to read it immediately. I spent 24h hours in bed reading that outstanding novel.  Had no lunch, no dinner – just water and chocolate. Mother tried to protest but she couldn’t be sincerely angry because she admired Stendhal herself (as she would tell me the day after), and enjoyed to see me in the same enthusiastic frame of mind.

Anna Karénine, Tolstoï : The greatest portrayal of a woman ever written.

À la Recherche du Temps Perdu, Marcel Proust : The « total book », a world by its own, an incredible portrait gallery and a very new way of writing. I read it every ten years. And each time, the novel happens to sound different and richer, to show me a new facet of its famous rose-window, something I did not see the time before, like a never-ending exploration of an archeological treasure named memory.

Light in August, William Faulkner: I use to call him “the Boss”. Faulkner is to me the absolute 
monument of the 20th century’s literature. And Light in August may be his masterpiece, the book where all his skills gather to make a very moving and questioning novel. The one that definitively embodies the Deep South tragedy.

Last Exit to Brooklyn, Hubert Selby Jr :  A real shock. A beneficent one. As psychological as aesthetic. To any young novice writer who comes to me to seek my advice, I say, First, read Selby’s Last Exit to Brooklyn.  Then we talk.


Alabama Song van Uitgeverij Cossee is nu verkrijgbaar.

vrijdag 18 maart 2011

Het kwintet van Eva Meijer


Foto: Gerrit Meijer
Vijf boeken kiezen is net zoiets als vijf mensen kiezen – kies ik degenen van wie ik het meest houd, of met wie ik het liefste omga, of die me het meest geraakt hebben, en natuurlijk horen dieren er ook bij – en hoe kun je liefde meten? Ik heb helemaal geen vijf favoriete boeken.
  Daarnaast is een keuze niet vaststaand in de tijd – kies ik de vijf boeken die me het sterkst beïnvloed hebben, of die ik nu het mooiste vind? Ik weet het niet. Iedere keuze zou incompleet zijn (bovendien ben ik als schrijver net zo goed beïnvloed door muziek en beeldende kunst, en honden zijn mooier dan boeken).
  Als complicerende factor lees ik veel, en ben ik meer een oeuvrelezer dan een boekenlezer (zo had ik vorige zomer een Beauvoir/Hermans periode, en de zomer daarvoor een Ali Smith periode, en is er nu iets met Proust en Mann).
  Maar goed, vijf boeken waarmee ik een indringende relatie ben aangegaan van vijf schrijvers aan wie ik loyaal ben als lezer.

The Waves van Virginia Woolf

Het had ook Orlando kunnen zijn (of A Room of One’s Own om andere redenen), maar The Waves lees ik vaker. Vanwege de precisie en het begrip van tijd, en vanwege de schoonheid.

Written on the Body van Jeanette Winterson

Omdat Jeanette Winterson belangrijk voor me is, en omdat dit boek over liefde gaat en over taal en over waar die twee elkaar raken (het is het meest treffende boek over liefde dat ik ken).

Zeepijn van Charlotte Mutsaers

In december lees ik Zeepijn. Wat ik zo goed vind aan Charlotte Mutsaers is dat ze zich nooit beroept op clichés, en dat ze zo toegewijd is (zo serieus), zowel in het schrijven als in haar beeldende werk als in haar houding in de dierenzaak. Zie ook het prachtige citaat van haar website: ‘En wat is mijn bijdrage aan de strijd tegen het terrorisme? Dit: elke schrijver of kunstenaar die zichzelf serieus neemt is qualitate qua een terrorist.’

Filosofische Onderzoekingen van Ludwig Wittgenstein

Omdat Wittgenstein een van de weinige mensen is die werkelijk waarde toekent aan taal (werkelijk bereid is om te onderzoeken en risico’s te nemen). De Filosofische Onderzoekingen is een dapper (moedig) boek, en daarin ontroerend.

De kinderboeken van Annie M.G. Schmidt

Als vijfde iets van vroeger wat ik ook nu nog goed vind, dacht ik, als een beginpunt – Salinger, Plath, Kafka, Hermans, Carroll, Shakespeare of de Odyssee. Maar ik heb leren lezen door Jip en Janneke te lezen (in combinatie met de Donald Duck), dus dat is waar het werkelijk begon. En Jip en Janneke is een goed begin, ik moet er nog steeds om lachen, net als om de andere kinderboeken van Annie M.G. Schmidt.


Het Schuwste Dier van Uitgeverij Prometheus is nu verkrijgbaar.