Foto: Merlijn Doomernik |
Verdwalen
in een boek
Nooit ben ik zo overrompeld geweest
door een boek als door De Kaneelwinkels
van Bruno Schulz. In zijn
exorbitante stijl roept hij de sprookjeswereld op van zijn kindertijd in het
vooroorlogse Drohobycz, ergens in de verre provincie van Midden Europa. De
textielwinkel van zijn vader, het centrale marktplein, huishoudster Adela: ze spelen
een rol in de meest krankzinnige verhalen. Het was Schulz die mijn fascinatie
voor Midden Europa tot leven bracht: hij liet me zien dat er een mythisch
universum verborgen ligt in al die verlaten landschappen en slaperige stadjes
ten oosten van Warschau.
Ik bewonder Bruno Schulz om zijn oog en
zijn stijl, en omdat hij laat zien dat je niet hoeft te reizen en ook geen
grootse dingen hoeft mee te maken om een groot schrijver te kunnen zijn.
Maar sommige grote schrijvers maken
juist wel grote dingen mee, zoals het geval is bij Vasili Grossman. Leven &
Lot is een breed opgezette roman over de Tweede Wereldoorlog, voor een
groot deel gebaseerd op Grossmans persoonlijke ervaringen – als
oorlogscorrespondent van het Rode Leger maakte hij de Slag om Stalingrad en de
bevrijding van Treblinka mee.
Ik bewonder Grossman omdat hij niet
alleen de grote gebeurtenissen laat zien, maar ook de ‘kleine’, menselijke kant
ervan. Personen die bijfiguren lijken te zijn, krijgen soms een hele eigen rol in
separate vertellingen – bijna zelfstandige novellen binnen deze epische roman.
In 1961 werd het manuscript van Leven en
Lot ‘gearresteerd’ door de Sovjet-autoriteiten. Pas in 1989 kon de eerste
complete Russische editie worden uitgegeven, dankzij de weduwe van een vriend
van Grossman die een exemplaar van het manuscript bijna dertig jaar lang in een
boodschappennetje aan de kapstok had bewaard.
Net als Bruno Schulz is Wiesław Myśliwski een
sprookjesverteller die zijn eigen mikrokosmos voor de lezer kan omtoveren tot
een wereld waarin ieder landschap, iedere boom, iedere steen geladen is met
betekenissen. In Steen op steen volgen
we Szymek Pietruszka, die na een lang verblijf in het ziekenhuis terugkeert
naar zijn geboortedorp. Terwijl hij een graf bouwt voor zijn ouders, zijn
broer, en zichzelf, geeft hij zich over aan eindeloze bespiegelingen over zijn
leven, die hij in een lange monoloog deelt met de lezer.
Ik bewonder Myśliwski omdat hij ons
verliefd laat worden op de boerse, bonkige Szymek Pietruszka en zijn kronkelende
gedachtenspinsels.
Huishouden
van Jenny Erpenbeck is het boek dat
het laatste jaar de grootste indruk op me heeft gemaakt. In een zeer ingetogen,
poëtische stijl vertelt Erpenbeck de levensgeschiedenis van twaalf personen die
opeenvolgend hetzelfde huis ten noorden van Berlijn bewonen.
Ik bewonder Erpenbeck om haar stijl en
omdat ze ons op meesterlijke wijze laat zien hoe wispelturig het lot kan zijn
dat ons leven bepaalt.
Tot slot: Tussen iemand en niemand van Joseph
Brodsky is een bundel essays om te lezen en te herlezen. Of zal ik eindigen
met een tekst die niet over Midden Europa
gaat? Dan wordt het Watermark van
Brodsky, zijn essay over Venetië.
Ik bewonder Joseph Brodsky om alles, en
om zinnen zoals deze, Brodsky is net gearriveerd op het stazione: ‘I was standing there waiting for the only person I knew
in that city to meet me. She was quite late.’
De Kop van Oskar Wronski van Uitgeverij Atlas Contact is nu verkrijgbaar
Geen opmerkingen:
Een reactie posten